Medemblik – Miljoenen Nederlanders herontdekken deze maand hun eigen land. Edwin Winkels is een van hen. Hij doet dagelijks verslag. Vandaag deel dertien: Medemblik. Nederland gaat in eigen land ook massaal het water op. In Medemblik is het een komen en gaan van boten van het IJsselmeer. De omstreden herinnering aan tijden dat dit een grote VOC-haven was, lijkt ver weg.
Medemblik, dat zijn boten. Vooral plezierjachten. Honderden, verspreid over drie havens en nog enkele andere aanlegplaatsen langs de kades. De Kwikkelsebrug in het hart van het dorp, tussen de Ooster- en Westerhaven, gaat om de haverklap open, waarop zich drommen voetgangers voor de slagbomen ophopen. En de telefoon van de havenmeester van de grootste haven, de Pekelharinghaven, gaat voortdurend over.
,,Niet alleen de telefoon”, zegt Serge Groes als hij weer heeft opgehangen. ,,Ook per WhatsApp, sms en mail stromen de berichten binnen.’’ Het zijn verzoeken om een tijdelijke aanlegplaats, vaak voor maar één nacht, in ‘zijn’ haven. Zo’n gekkenhuis is het op het water deze zomer, dus ook op het populaire IJsselmeer, dat Groes en zijn collega’s geen reserveringen voor dagen later aannemen. (AD)