Driebergen, Den Haag – Zeilscholen mogen voortaan onder bepaalde voorwaarden, net als andere sporten, definitief het gunstige lage (6%) BTW-tarief hanteren. Deze uitspraak heeft de Hoge Raad vanochtend gedaan na een jarenlange rechtsgang van Zeilschool Zuidlaardermeer en HISWA Vereniging tegen de Belastingdienst. HISWA Vereniging – brancheorganisatie van de watersportindustrie – is verheugd over de doorbraak. Leren zeilen wordt nu een stuk toegankelijker.
De Belastingdienst hanteert al jarenlang het uitgangspunt dat zeillessen met 19% BTW moeten worden belast. Volgens de Belastingdienst is bij zeilles op openbaar water geen sprake van een sportactiviteit in een ‘sportaccommodatie’, zoals is beschreven in de BTW-wetgeving. Daarom geldt volgens de Belastingdienst voor zeilles het hoge BTW- tarief van 19%, in tegenstelling tot bijvoorbeeld tennisles of paardrijles.
Zeilschool Zuidlaardermeer en HISWA Vereniging voerden aan dat zeilles vaak wordt gegeven vanuit een walaccommodatie waar theorieles wordt gegeven, de haven waar de beginners oefenen en de boten liggen en een vaargebied waar met boeien en vlotten het zeilparcours wordt uitgezet. Het is goed gebruik dan anderen daar niet doorheen varen. Dit samenstel van voorzieningen kan volgens het Gerechtshof Leeuwarden en volgens de Hoge Raad wel degelijk worden aangemerkt als een ‘sportaccommodatie’ als bedoeld in de Europese BTW-wetgeving.
In cassatie
Op 11 mei 2010 stelde het Gerechtshof te Leeuwarden Zeilschool Zuidlaardermeer en HISWA Vereniging in het gelijk. Het Ministerie van Financiën liet het er niet bij zitten en ging in cassatie bij de Hoge Raad. Nu, anderhalf jaar later, is een definitief oordeel geveld waarbij de Minister en de Belastingdienst in het ongelijk worden gesteld. (HISWA)