De jachthavens van Terschelling en Vlieland zijn de ultieme lokaties om je boot, jezelf en andere watersporters te leren kennen. Zeker als je nog tot de uitstervende generatie zonder boegschroef behoort. Sinds de haven van Vlieland is ge-upgrade, loodsen ze je daar in prachtige luxe ‘vinger-steiger’ boxen. Eén probleem: de ruimte tussen de hoofdsteigers om te manoevreren is uiterst beperkt. Wie denkt dat de havenmeester het wel beter weet, en bij meer dan windkracht vier in blind vertrouwen op zijn aanwijzing de boxen-bak binnenscheert, kan daar gemakkelijk spijt van krijgen.
De ruimte tussen de boten bedraagt misschien anderhalf maal de bootlengte, en bij een forse zijwind wordt de enige vrije box dan al snel een moeilijk te bereiken waypoint. Althans voor wie niet over een scherp manoeuvreerbare boot, of boegschroef beschikt. Maar zelfs met zo’n stuurhulpje is het manoevreren met een harde zijwind hier een hachelijke zaak. Het havenplan schijnt een paar jaar terug uitgedokterd te zijn door een ingenieursbureau op basis van statistische informatie van gemiddelde bootlengten. Dan voel je al nattigheid… Voor wie bij minder wind er in is geslaagd een box te bereiken, kan het vertrek bij veel wind nog een onverwacht avontuur opleveren.
De nieuwe jachthaven van Vlieland is een prachtige, moderne en efficient georganiseerde marina – met bijbehorende hoge prijzen – maar zo ingedeeld, dat wij onder omstandigheden dus maar liever ankeren in de baai van het pittoreske dorpje Oost-Vlieland. Een on-Hollandse beschutte droogval- en ankerplek (W-N-O) onder één van de hoogste duinen van Nederland (+40 meter) en de vuurtoren. Dan mijmeren we achter het anker, hoe gezellig de jachthaven van Vlieland nog was, toen er vier bakken waren, die stuk voor stuk gevuld werden door boten. Als sardientjes ingelegd in blik. Vier rijen van tien dik of zo. Dat schijnt omwille van de veiligheid officieel niet meer te mogen.
Gelukkig kunnen we voor die knus gevulde bakken, nog wel op Terschelling terecht. Daar moet je het als watersporter nog van elkaar hebben, en elkaars sociale vaardigheden. Want als je tegen de steiger ligt met vier boten naast je, en je wilt ’s ochtends om halfzeven op het tij vertrekken, dan moet je dat de avond vooraf natuurlijk wel leuk weten te verkopen aan je buren. Gelukkig zit iedereen vroeg of laat in hetzelfde schuitje en is de medewerking altijd voortreffelijk. Het kunnen zelfs de leukste ochtenden van de vakantie worden, wanneer vier rijen van vijf dik tegelijkertijd losmaken, om de vertrekkers de ruimte te geven. Een momentum dat geboren leiders ontmaskert. Zij gaan losjes op de punt van hun boot staan en roepen wat alle andere schippers moeten doen. Daarbij kunnen ook mensen met een groot praktisch inzicht of goede reactiesnelheid mooi scoren. Kortom, het is een heerlijk chaotisch zooitje, waarvan je achteraf niet begrijpt, hoe een paar boten zich uit de kluwen hebben weten te bevrijden. Deze happenings scheppen veel intermenselijk jolijt, die je node moet missen in de moderne marina’s waar iedereen zo lekker zichzelf is…
Dit jaar overkwam ons overigens iets wonderlijks op deze sociale ligplaats. Zelf liggen we bij toeval pal aan de steiger. Al snel krijgen we buren. Er bouwt zich zo een rijtje van een boot of vijf dik op. Een rijtje dat behoorlijk ligt te waaieren met voor en achter net zo’n rijtje. Nu heb ik geleerd dat de derde boot altijd een lijntje naar de kant legt om de boel een beetje op z’n plaats te houden. Omdat het lijntje uitblijft vraag ik na een tijdje maar even beleefd aan de derde boot zo’n lijn te spannen. Helaas hoort de man het niet en duikt onder in z’n kajuit.
De wind neemt vervolgens eerder toe dan af, en zo nu en dan raken we bijna de rij voor en achter ons. Een half uurtje later, staat de schipper van de derde boot – type beroepsmilitair met beroepssnor – met z’n handen in z’n zakken in de kuip van z’n zeiljachtje naar de wind te staren. Opnieuw vraag ik ‘m beleefd een lijn te zetten. Echter de man roept dat het toch niets uitmaakt en weigert. Dit is ons echt nog nooit overkomen. In plaats van een lijn te spannen – al was het om het verzoek – begint deze watersporter nu uit te leggen dat de hoek nogal aan de kleine kant is en een lijn weinig effectief zal zijn. Natuurkundig geheel terecht, maar de ervaring leert dat het altijd wel iets helpt.
“Ik heb het al zo vaak uitgelegd”, klaagt de lijn-weigeraar, waarop ik hem vraag, dat dan vooral niet nog eens te doen. Mijn directe buurvrouw hoort het gesprek aan en biedt spontaan aan dan maar vanaf de tweede boot een extra lijn te zetten. Als een symbolische daad tegen dit ongepaste gedrag. Afijn, zo heeft sociaal gezien Terschelling toch weer een nieuwe ervaring opgeleverd. Hopenlijk zullen de plannen om Terschelling ook te voorzien van een Vlielandse Marina nog even blijven stranden op Natura 2000 en de vogelstrijders van de Dellewal en blijft deze pratische en gezellige haven nog even behouden in de huidige staat. U begrijpt het, het was weer een prachtige vakantie.
Met vriendelijke groet,
Bert Kuijpers,
schipper van Nauticlink