Informatie voor de watersporter

Gratis KNRM een aflopende erfenis uit het verleden?

Afgelopen maand kwam ik op de Vlaamse site Focus WTV een berichtje tegen, dat een nieuwe tijd kan inluiden voor hulp op zee en open water: “Kitesurfers en andere watersporters moeten binnenkort zelf de factuur voor de hulpverlening betalen, als ze op zee gaan bij windsnelheden van zeven beaufort of meer…”.

Voeg daarbij de reddingsactie van 663.000 dollar voor een Amerikaans vertrekkers-gezinnetje, het vreemde geval van de vermiste Belgische visser, en de eveneens omvangrijke KNRM-operatie voor de twee onderkoelde, aan de dood ontsnapte kitersnegen kilometer uit de kust van Voorne Putten. Eén van de kiters meldde bij Pauw en Witteman nog doodleuk ‘dat-ie morgen wéér ging…’. En natuurlijk de continue stroom jachtjes die ‘een beetje hulp‘ nodig hebben. De vraag hoe lang de KNRM haar onovertroffen diensten gratis kan blijven aanbieden, wordt daarmee wel actueel. Het is een gevoelig onderwerp, omdat watersporters natuurlijk graag gratis en zonder al te veel administratieve rompslomp op hulp of redding van boot en bemanning willen blijven rekenen. Maar is dat ongelimiteerd gratis geholpen of gered worden nog wel een realistische gedachte?

In 1824 is de voorloper van de KNRM uit humaan oogpunt opgericht om arme drommels uit de masten van hun gestrande zeilschip te plukken. Zij waren op zee om brood op de plank te krijgen. Hun aantal staat in geen verhouding tot het hoge aantal pleziervaarders en kiters dat nu ‘in nood’ raakt. Want nu varen we bij weer en ontij massaal recreatief uit. Niet gehinderd door veel ervaring en met de blik op de elektronica. Het materiaal is gedegen, CE gemarkeerd en ‘grenzen zijn er om verlegd te worden’. Stoer en moet kunnen. We gaan op safe, want we weten in Nederland dat de reddingboot heel nabij is.

Hoeveel mensen zouden hun vaargedrag niet aanpassen, als er nu eens géén KNRM was? De jachthavens aan IJsselmeer, Wadden- of Noordzeekust zouden mudvol blijven op dagen met veel wind. Wij rekenen met z’n allen op een vrijwilligersorganisatie, die zich erop voorstaat geen subsidies te krijgen, maar tegelijkertijd alle zeilen moet bijzetten om de begroting rond te krijgen en her en der ook geen vrijwilligers meer vindt om het zeer moderne materiaal zeven dagen in de week 24 uur belangenloos te bemannen.

Omdat er veel liefdadige concurrentie is, is het werven van fondsen daar in IJmuiden zodoende noodgedwongen een tweede speerpunt geworden. En alle technieken die daar bij horen. Er wordt heel wat gesoebat om een legaatje. De organisatie mag dan veel bezit hebben, de globaal vijftig man die fulltime in dienst zijn moeten tenslotte ook betaald worden. Een ideële organisatie (dat eigenlijk een gewoon bedrijf is) met vijftig man en duur materiaal, dat z’n ‘product’ gratis weggeeft, is heden ten dage geen vanzelfsprekendheid meer. Tijden veranderen nu eenmaal. Zal het onbaatzuchtig imago van de KNRM ook in de toekomst borg kunnen blijven staan voor voldoende vrijwillige donaties en legaten?

Het zou wel eens zo kunnen zijn, dat de KNRM zich toch massaal laat ‘misbruiken’ door de pleziervaart en kitende recreanten op het open water. En het vroeg of laat onvermijdelijk wordt, dat de organisatie meer zal moeten gaan leunen op het ‘profijtbeginsel’ dan op donaties. Dat wil zeggen dat degenen, die direct baat hebben bij haar diensten ook voor de extra kosten opdraaien.

En inderdaad ja, dan zal u na een motorpechje niet alleen een formulier moeten invullen, of op vrijwillige basis ‘Redder aan de Wal’ kunnen worden, maar krijgt u gewoon de rekening thuisgestuurd. En kunt u uw verzekering er op aanspreken. Dan betalen we op termijn misschien wel een hogere verzekeringspremie, maar komt de KNRM in economisch opzicht in logischer vaarwater. Zo’n systeem zou de recreatieve schipper ook tot meer onderhoud en goed zeemanschap kunnen dwingen. Dus misschien valt het met die hogere premie dan ook wel weer mee.

Er zijn tal van denkrichtingen om het reddingswezen met haar tijd mee te laten evolueren. De KNRM zou ook kunnen kiezen voor het model van de ANWB met haar Wegenwacht. Een soort verzekeringsvorm, waarbij iedereen wordt geholpen, maar leden een financieel voordeel genieten. De KNRM zou als nutsvoorziening kunnen opgaan in de Kustwacht. Maar ja, dan betaalt de gemeenschap weer… Eén ding lijkt mij zeker: het gemak waarmee Jan en alleman onder alle omstandigheden zonder enig financieel gevolg of enige beperking een beroep kan doen op het huidige reddingswezen, heeft na bijna 200 jaar zijn langste tijd gehad. Vast niet alleen in België.

Met vriendelijke groet,

Bert Kuijpers,
schipper van Nauticlink

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang wekelijks ons watersportnieuws-overzicht