Vandaag brengt de vaarroute ons naar Utrecht. Na een nacht in Gouda varen we de Hollandse IJssel weer op. Die loopt ten zuiden van de kaasstad. Overigens werden de Gouwenaars vroeger ook wel Gapers genoemd. Deze bijnaam komt waarschijnlijk door de lange wachttijden voor de ‘sluys ter Gouda’. Dat gaat dan waarschijnlijk om de Donkere Sluis, midden in de stad. Deze sluis was er al in het jaar 1065 en misschien nog wel eerder.
Wij verlaten Gouda via de Mallegatsluis en daar komen we doorgaans gewoon vlot doorheen. Na deze sluis gaan we bakboord uit, de Hollandse IJssel op.
Koffie bij Goe Jan Verwelle
We duiken straks een van de mooiste polders van ons land in. Daarvoor gaan we bij Hekendorp bakboord uit, naar het noorden. Ook hier gaan we eerst weer door een sluisje. Op de IJssel werkt het getij nog door en de waterstand wisselt per uur. Na de sluis kunnen we een kop koffie doen in de Uitspanning Goejanverwelle. Denk niet dat Goe Jan Verwelle zelf aan je tafeltje komt om de bestelling op te nemen. Hij was een landeigenaar die hier in de vijftiende eeuw leefde. De sluis, de straat en dus nu ook het café zijn naar hem vernoemd.
Dubbele Wiericke
De sluis verbindt de Hollandse IJssel met de Dubbele Wiericke. Even verderop ligt de Enkele Wiericke. Beide kanalen zijn gegraven voor afwatering van de Oude Rijn op de Hollandse IJssel. Het eerste stukje varen na de koffie bij Goe Jan is de Lange Weidse Boezem. Na de spoorbrug en de haakse bocht komen we wel op de Dubbele Wiericke. We kruisen de brede A12 en wie hier wel eens met de auto rijdt, zal later zeker terugdenken aan dit bijzondere vaarwater.
Wilden en Romeinen
Maar aan alles komt een eind en zo ook aan de Wiericke. Wij varen het dorpje Nieuwerbrug aan de Rijn binnen en gaan de Oude Rijn op richting Woerden. Daarvoor varen we stuurboord uit naar het oosten. De Oude Rijn is de oude hoofdloop van de Rijn. Deze rivier vormde vanaf het begin van onze jaartelling de noordgrens van het Romeinse Rijk. Deze grens noemde de Romeinen de Limes. Op de oever aan bakboord woonden de Bataven en Friezen: halve wilden in dierenhuiden. De zuidoever was het Romeinse Rijk en hier heerste orde, althans zo zagen de Romeinen het.
Even verderop bouwden deze Romeinen een vesting met de naam Laurium. Het was een militair bastion met uitkijktorens en een omheining. Maar er werd ook veel handel gedreven. Tegenwoordig heet de stad Woerden. Wij gaan er lunchen in de schaduw van de grote Petruskerk. Woerden heeft een mooie haven. Hier zoeken we een plekje. Als we geluk hebben, ligt er in de haven een van de replica’s van de Romeinse graanschepen die hier werden gevonden.
Vind de ingang
We vervolgen de vaarroute naar Utrecht en daarvoor nemen we de smalle Jaap Bijzerwetering richting Linschoten. We varen eerst een stuk door Woerden over de singels. Na een modern rood bakstenen pakhuis met retro-uiterlijk is de smalle ingang aan de overkant (stuurboord). We moeten meteen onder een bruggetje door met een grijze leuning. De ingang valt niet erg op. Na het kleine bruggetje is er nog een brug voor auto’s. Kom je dan onder een spoorbrug door voor maar liefst zes sporen en twee fietspaden, dan zit je goed.
Later duiken we weer onder de A12 door en komen we op de Korte Linschoten. Die brengt ons naar het mooie dorp Linschoten. Midden in het dorp gaan we de Montfoortse Vaart op. Bij het witte huis met het groen-wit gestreepte klompenhok varen we bakboord uit. In Montfoort komen we terug op de Hollandse IJssel en daarvoor moeten we opnieuw door een sluisje. De Montfoortse sluis wordt nog altijd met de hand bediend.
Terug op de Hollandse IJssel
De Hollandse IJssel slingert wederom door het landschap, maar de rivier is hier wel smaller dan bij Gouda. De radiozendmast van Lopik wordt steeds hoger als we dichterbij komen. Voor IJsselstein passeren we de nieuwe jachthaven Marnemoende. Dan komen we in de bebouwde kom. Na de brug van de A2 en de witte watertoren gaat de Hollandse IJssel over in de Kromme IJssel. Wij gaan echter bakboord uit de Doorslag op. We passeren de Poldermolen Oudegein en museum Warsenhoeck, gevestigd in een historische boerderij.
De Doorslagsluis staat open omdat we even later door de Zuidersluis gaan. Na deze sluis komen we op het drukke Amsterdam-Rijnkanaal dat we oversteken. Hier moeten we goed opletten. Vrachtschepen varen niet alleen hard maar halen elkaar ook steeds in, zodat er soms meerdere schepen naast elkaar varen. Wacht tot je zeker weet dat je veilig kunt oversteken. Na de sluis aan de overkant is het water weer rustig. We varen naar het noorden, richting de stad Utrecht.
Vaarroute door Utrecht
Op de splitsing houden we stuurboord aan en via de Vaartse Rijn komen we op de Singels van Utrecht. De vaarroute leidt ons onder de Vaartscherijnbrug door en daarna kunnen we drie kanten op. Rechtdoor voor een vermakelijk stukje over de Oude Gracht met de werfkelders en de terrasjes. We kunnen ook een rondje varen over de singels. Uiteindelijk willen we uitkomen bij de passantenplaatsen op de Catharijnesingel. Een prima plek om de boot even achter te laten en een hapje te gaan eten in een van de talloze cafés van de stad Utrecht, een mooi einde van deze vaarroute.
Dit bericht is geschreven door Klaas Wiersma, onafhankelijk watersport journalist voor Nauticlink. Wil je reageren op dit bericht? Laat hieronder een reactie achter of stuur Klaas Wiersma een e-mail via nieuwsdienst@nauticlink.com of contact hem via linkedin
