We zien ze steeds vaker op het water: catamaran en trimarans. Wat zijn nou der verschillen tussen een ‘cat’ en een ‘tri’? En hoe komen die verschillen in de praktijk tot uiting? Wat vaart sneller, welk type is comfortabeler en waar heb je meer ruimte? Hebben we het over de multihulls, boten met meerdere rompen (hulls), dan is er eerst het onderscheid tussen de open boten, jachten en motorjachten.
Lekker raggen
De term open boot klinkt wat vreemd voor twee of drie rompen met een trampoline ertussen. We hebben het over de wedstrijdklasses en de multihulls waar je een paar uurtje lekker mee gaat raggen. De kleinste catamaran is Hobycat Catsy en meet 3,10 meter en heeft een breedte van 1,66 meter. Deze minicat wordt veel gebruikt op zeilscholen voor de allerkleinsten. De RS Cat 12 is met 3,7 bij 1,80 meter ietsje groter. Maar ook deze kleintjes hebben al een trapeze waarin je heerlijk naast de boot kunt staan en het ultieme catamaran-gevoel kunt ervaren: hard over het water gaan!
Naast trapeze hebben grotere open catamarans ook een genanker, een bol zeil voor op de ruime koersen. De nieuwste cat’s zoals de Olympische klasse Nacra 17 heeft draagvleugelzwaarden waarmee de kleine cat kan foilen.
Tri’s voor expedities
Kleine trimarans zien we minder vaak op het water. Ze zijn lekker stabiel en minstens zo snel als een catamaran. Het nadeel op onze wateren is de handelbaarheid. Trimarans zijn kwetsbaar. Het merk Hobie heeft daar wat op gevonden: de 4,88 meter lange Hobie Adventure Island is inklapbaar. Het is een extra stabiele kano met zeil en trapondersteuning. Een expeditieboot om een mooie kust mee te ontdekken.
Met kajuit
Bij de kleine boten is de catamaran veruit het meest populair. Bij de kajuitzeilboten is dat anders. Hier is de trimaran minstens even populair als de kajuitcatamaran. Een belangrijke reden is dat trimarans over het algemeen iets sneller zijn. Vooral op de aan de windse rakken vaart een trimaran beter dan een catamaran.
Van oorsprong heeft een trimaran een grote middenromp met het leefgedeelte en zijn de kleine zijrompen meer de drijvers. Een catamaran bestaat uit twee rompen en heeft dan ook twee keer zoveel ruimte. Tegenwoordig wordt bij de catamaran ook het middengedeelte gebruikt als leefgedeelte en de dieper stekende rompen zijn om in te slapen. Bij de trimarans kan alleen de middenromp worden uitgebreid.
Dubbel liggeld?
Een nadeel van multihulls is het liggeld. Op het water is er ruimte genoeg maar een haven vol catamarans en trimarans ligt natuurlijk twee keer zo snel vol met schepen die even breed als lang zijn. In veel havens geldt een toeslag. Soms is dat 30% of 50%. Soms geldt voor een trimaran zelfs een hoger tarief van 100% extra, trimarans kunnen niet dubbel liggen wegens de kwetsbare drijvers. Bij catamarans kunnen wel meerdere boten naast elkaar liggen. Dragonfly trimarans hebben er iets op gevonden, met een mooie degelijke constructie kunnen de twee extra rompen worden ingeklapt waardoor in de haven een monohull-plaats voldoet.
Steeds populairder
Vanwege de goeie vaareigenschappen zien we steeds vaker ook motorboten die zijn uitgerust als meerromper. Het grote voordeel is de stabiliteit, opvarenden die wel eens zeeziek worden hebben daar een boord van een catamaran bijvoorbeeld een stuk minder last van.
Dit bericht is geschreven door Klaas Wiersma, onafhankelijk watersport journalist voor Nauticlink. Wil je reageren op dit bericht? Laat hieronder een reactie achter of stuur Klaas Wiersma een e-mail via nieuwsdienst@nauticlink.com of contact hem via linkedin.