Informatie voor de watersporter
Varen in Frieland

Dwars door Friesland: vaarroute van Lemmer naar Langweer

We maken een driedaagse tocht langs alle grote, Friese zeilwateren. Deze vaarroute door Friesland brengt ons van Lemmer omhoog richting Sneek en Grou, waarna we eindigen in Langweer. Zo kruisen we dwars door onze nummer één watersportprovincie.

Na de ronde door de Zuidwesthoek  kwamen we weer in Lemmer uit. Dit is ook onze vertrekhaven voor deze driedaagse vaarroute door Friesland. We zullen langs alle grote zeilwateren van deze provincie varen, startend in Lemmer. 

Routekaart

Ir DF Woudagemaal

Over de Sylroede verlaten we binnendoor Lemmer. Op de splitsing bij Tacozijl gaan we Friesland in, dus stuurboord uit. Maar niet nadat we even onder de brug door hebben gekeken naar het machtige Ir DF Woudagemaal: het grootste stoomgemaal ter wereld dat nog steeds functioneert. Twee keer per jaar draait het honderdjarige gemaal om vrijwilligers op te leiden en publiek rond te leiden. Maar als het water in het binnenland te hoog wordt, gebruikt men de reusachtige pomp ook om water af te voeren. Het duurt dan wel eerst zes uur om de stoomketels heet genoeg te krijgen, maar dan pompen de vier stoommachines wel zo’n vierduizend kubieke meter per minuut.

Opletten voor grote schepen

Via de Groote Brekken gaan we in noordoostelijke richting. Omdat het Prinses Margrietkanaal een vaarweg is voor grote binnenvaartschepen, moeten we goed opletten en regelmatig achterom kijken. Deze schepen hebben altijd voorrang, varen hard en hebben een lange remweg. Zeilen mag op het Prinses Margrietkanaal alleen met de motor stand-by. 

We passeren Spannenburg waar de radiotoren met 118 meter het hoogste gebouw van Friesland is. Na een stukje kanaal komen we vervolgens op het Koevordermeer. Het begrip ‘voorde’ uit de naam Koevordermeer betekent een doorwaadbare plaats. Boeren van de ene wal lieten vroeger hun koeien door het meer waden om ze op de andere oever te weiden. Die tijd is lang vervlogen, maar het leert ons dat het meer op sommige plekken erg ondiep kan zijn. 

Varen richting Heeg

Na dit meertje verlaten we het PM-kanaal en gaan we bakboord uit de Jeltesloot richting Heeg. We hebben al aardig wat mijlen gevaren, dus een tussenstop in Heeg is geen gek idee. Hotel Grandcafé De Watersport is al jaren een uitstekend adres voor een uitsmijter op het terras aan het water. De supermarkt is honderd meter verderop. Voor het centrum van het dorp moesten we eerst doorvaren tot aan het meer om vanaf daar Heeg in te varen. Zo gaan we ook weer terug. Voor we de Jeltesloot in steken, gaan we bakboord uit richting IJlst. Na dit vriendelijke Elfstedenstadje naderen we het veel grotere Sneek via de Geeuw. 

Rust op de Zwarte Brekken

Overnachten in Sneek

In Sneek eindigt de Geeuw bij de beroemde 17e eeuwse Waterpoort. We vervolgen onze route en gaan stuurboord uit door verschillende bruggen. Het is tijd om een plekje te zoeken voor de eerste nacht van deze vaarroute door Friesland. Dat kan natuurlijk in Sneek met z’n bruisende centrum. Wie liever wat rustiger wil liggen, kan vlak na de Waterpoort de smalle Woudvaartsbrug (breedte 5,72m) aan stuurboord nemen. 

Dag twee van onze vaarroute door Friesland breekt aan. Via de Woudvaart verlaten we Sneek en we komen niet op het Sneekermeer, maar in het gebied van de Witte en Zwarte Brekken. Dit is een rustig natuurgebied met fijne Marrekrite-steigers. Wie in Sneek is blijven liggen, neemt de Haukessloot richting het Sneekermeer. De natuurgenieters varen een stukje zuidoost en komen via het Prinses Margrietkanaal op het grote meer. Hier wordt in de eerste week van augustus de Sneekweek gevaren, het grootste zeilwedstrijd-evenement van ons land. Ook in andere weekends zijn er vaak zeilwedstrijden. 

We komen langs het eiland Kolmeersland, beter bekend als ‘Het Starteiland’. Hier kunnen we even aanleggen voor de ochtendkoffie. Na het bakkie steken we het Sneekermeer over richting Terherne. Hier kunnen we lekker zeilen, maar let op: bij de sluizen van Terherne is zeilen absoluut verboden en levert direct een boete van tweehonderd euro op.

Lekker lunchen in Grou

Via de Nijewijtwetering blijven we noordoostelijk varen. Na twee bruggen komen we op het Pikmeer met aan bakboord het dorp Grou, het verste punt van deze route. Bij het Theehuis of het iets verder gelegen deftige hotel Oostergo is het prima lunchen op het terras aan het water. Voor wie geluk heeft is er ook nog uitzicht op het eigen schip. In het centrum is bakkerij Andringa met Friese dumkes, suikerbrood en suikerlat. Voor de unieke oud Friese drabbelkoek moeten we noordelijker in de Provincie zijn, maar u kunt er altijd naar vragen. Naast al deze lekkernijen is hier natuurlijk ook gewoon een halfje bruin te koop voor de lunch aan boord. En moeten we even wachten, dan is dat geen enkel bezwaar met het fotobehang met de zeilende Grouster schouwtjes. 

Oud en nieuw door elkaar

We gaan het water weer op om onze vaarroute door Friesland te vervolgen. We kiezen het Pikmeer waar we via de Tynje de op de Paenster Ee Zuid blijven varen. Hier zoeken we het gat van de Pean op, de route naar Akkrum. Via het Burstumerrak slingeren we nu zuidwaarts en komen over het kleine Bokkummermeertje. Vlak voor Akkrum nemen we de haakse bocht naar stuurboord om niet in de waterige woonwijk terecht te komen. De vierbaans snelweg A32 duikt de grond in en bezorgt ons geen enkele overlast. Aan bakboord is de ligplaats van het witte Akkrummer skutsje (1910) van de beroemde schippersfamilie Meeter. 

Na de spoorbrug volgen we de vaarroute, maar let op: want we moeten door de Meineslootbrug aan bakboord om via de Meinesloot uit te komen op de Terhornsterpoelen. Hier kunnen we een bezoek brengen aan het Kameleon Avontureneiland. Het kan echter erg ondiep zijn tussen de eilanden. Wie een dieper stekend schip heeft, kan in de Meinesloot naar stuurboord afslaan en het diepere Akkrummer rak nemen. 

De Klokkestoel

Op de Terkapelsterpoelen is het gelukkig overal diep. We steken over naar de Heerenzijlbrug en na deze brug houden we bakboord aan. We komen op de Goëngarijpsterpoelen. Goed verscholen tussen het riet ligt hier het haventje van Goingarijp waar we bij restaurant de Klokkestoel op het terras kunnen zitten. Naast het restaurant staat de klokkenstoel van Goingarijp, een klok zonder toren. Hier kunnen we de nacht doorbrengen. Elders op het meer en de poelen zijn ook mooie plekjes. 

De volgende dag hebben we nog weinig mijlen te varen naar het eindpunt van deze vaarroute door Friesland: Langweer. We houden bakboord aan en via het watertje met de naam Noorder Oude Weg komen we op de Langweerder wielen. Rondom het meer zijn moorring-boeien gelegd zodat je zelf niet hoeft te ankeren. Het meer heeft heerlijke plekjes om te liggen en te luieren. Een bezoek aan het dorp Langweer zelf is de moeite waard. Het ouderwetse dorpstraatje doet denken aan de sfeer op de Waddeneilanden. 

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Ontvang wekelijks ons watersportnieuws-overzicht